Deze inleiding vertelt hoe Venetië, het centrum van Palladio’s architectuur, zich ontwikkelt tot een Europses mogendheid in de vijftiende tot halverwege de zestiende eeuw. Na een groot aantal oorlogen te hebben gevoerd, zijn concurrerende steden als Verona, Vicenza en Padua verslagen en beheerst de republiek de handelsroutes naar het oostelijk deel van de Middellandse Zee effectief. De focus van de Venetianen, die zich van oudher op de zee concentreerde, richt zich steeds meer op het achterland, de terra ferma. Het is terrein waar Palladio eveneens zijn sporen heeft nagelaten. Dat er toch een einde komt aan de Gouden Eeuw van Venetië, heeft diverse oorzaken. Op onderhoudende manier vertelt de auteur in welk klimaat Palladio opgroeide en hoe Venetië gestaag de moderne tijd tegemoet treedt.